Steenwijkerland geeft Molukse KNIL-militairen een bijzonder eerbetoon

De graven van Molukse KNIL-militairen op begraafplaats de Nieuwe Landen in Steenwijk hebben een bijzonder eerbetoon gekregen. Het college van B&W besloot daartoe uit erkenning van de Molukse KNIL-militairen en het leed dat hen is aangedaan. Op zaterdag 14 juni 2025 onthulde burgemeester Rob Bats samen met de betrokken families een plaquette bij de ingang van de begraafplaats. Eerder op de dag was er een besloten bijeenkomst met de families waarin persoonlijke verhalen over het verleden met elkaar werden gedeeld.

De Molukse militairen van het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger (KNIL) kwamen in 1951 met de boot naar Nederland. Jarenlang hadden zij meegestreden voor het behoud van Nederlands-Indië. Na de erkenning van een onafhankelijk Indonesië was hun aanwezigheid daar vrijwel onmogelijk. Zij werden in Nederland opgevangen. De ontvangst in ons land was echter verre van warm. De militairen die voor Nederland hadden gestreden werden met hun gezinnen ondergebracht in kampementen en barakken. Hun militaire status werd afgenomen en van de beloofde terugkeer naar Indonesië kwam niets terecht. Ook in Steenwijkerland werden Molukse gezinnen ondergebracht: in Beenderibben bij Steenwijkerwold en in Pikbroek en Eind van ’t Diep bij Scheerwolde.

Op initiatief van een nabestaande en als erkenning en eerbetoon besloot het college van B&W de graven van de Molukse militairen die op begraafplaats de Nieuwe Landen hun laatste rustplaats hebben gekregen, te eren. Het betreft de graven van de eerste generatie Molukse KNIL-militairen en hun partners.

Naast een plaquette bij de ingang van de begraafplaats, is er ook op de graven zelf een kleine gedenkplaat geplaatst. In totaal gaat het om drie graven.

Eerbetoon Molukse militairen 1

Eerbetoon Molukse militairen 2

Eerbetoon Molukse militairen 3

Foto's Martijn Bijzitter